Koeien verzorgen, aardappels rooien en klei losspitten. Vijfhonderd Rotterdammers runnen hun eigen boerderij in het noorden van Rotterdam, waar ze hard werken om hun eigen monden te voeden. “Wij telen geen identieke kroppen sla of perfect ronde aardappels.”
Wie vanaf metrostation Rodenrijs richting de A16 kijkt, ziet een uitgestrekt stuk grond liggen. In de verte beweegt een groepje gele jassen door het veld. Met dikke mutsen op en handschoenen tegen de kou snijden ze vandaag de veldsla. Zorgvuldig vullen ze de kratten met het bladgroen, die vervolgens worden opgestapeld op ‘Sjaakie’, het kleine wagentje dat de oogst over het land vervoert.
‘Hier betaal je door te schoffelen’
De groep mensen in gele jassen komt van Herenboerderij De Vlinderstrik, een coöperatieve boerderij tussen Hillegersberg en Rodenrijs. Het concept is simpel: de leden werken mee aan het verbouwen van hun eigen voedsel. Een systeem waarbij de oogst uiteindelijk de monden vult van de ruim vijfhonderd mensen die het land financieren en onderhouden.
Elk lid legt eenmalig duizend euro in en betaalt daarnaast een maandelijkse contributie. “In de supermarkt zou ik meer kwijt zijn”, zegt Wob. Hij is een van de leden en loopt met zichtbare trots over de akkers. “Maar hier betaal je ook in natura, door af en toe te helpen schoffelen.”
Hij bukt, plukt een blaadje direct van de plant en stopt het in zijn mond. “Mosterdblad”, zegt hij kauwend. “Sla die smaakt alsof hij de dressing al gehad heeft. Zo’n specifieke smaak vind je nergens anders dan hier, op onze boerderij.”
Boer en leerkracht in één
Op het land worden ruim zestig verschillende gewassen verbouwd, van peren tot oesterzwammen. Daarnaast scharrelen koeien, varkens en kippen over de velden. “Het is een unieke agrarische organisatie”, vertelt boer Barry. “Normaal heeft een varkensfokker alleen varkens en een appelkweker alleen een boomgaard met appels. Hier moet je een beetje verstand hebben van alles.”
“Dat maakt het leuk, maar ook super arbeidsintensief. De reden dat dat kan, is omdat het geen commercieel bedrijf is”, benadrukt Barry. Hij is, samen met collega Maurice, de enige die betaald krijgt voor zijn werk op de boerderij. Zij zijn bijna dagelijks aanwezig en hebben als professionele boeren de leiding over het land en het vee.
Daarnaast zijn de boeren eigenlijk ook een beetje leraar. Ze moeten de stadse boeren, zoals ze de leden noemen, toch een handje helpen. “Je moet niet alleen verstand hebben van land, maar ook met allerlei mensen kunnen omgaan”, zegt Maurice. “De leden nemen werk uit handen, maar hebben ook veel vragen en af en toe sturing nodig.” Barry vult aan: “Stiekem is het soms ook wel lekker als ik een ochtendje alleen op de trekker zit.”
‘Het is de kortste keten die je kunt hebben’
Om 10.30 uur is het tijd voor koffie. Druk in gesprek schuiven de gele regenjassen aan een grote picknicktafel. Het grauwe, natte weer houdt niemand tegen om buiten te zitten. “Er zit ook een groot gezelligheidscomponent aan”, zegt lid Simone. “Iedereen heeft een andere achtergrond, maar door de boerderij deel je echt iets met elkaar.”
Eerlijk is eerlijk: het merendeel van de mensen die op het erf rondloopt, is welvarend en gepensioneerd. “Dat zijn mensen met tijd om te helpen, maar iedereen is welkom”, benadrukt Simone. Steeds vaker sluiten ook gezinnen zich aan. Dat zij wat minder tijd hebben om mee te werken, is geen enkel probleem. “Het zijn mensen die hun ecologische voetafdruk willen verkleinen, graag biologisch eten of hun kinderen willen laten zien dat spruitjes niet uit een plastic zakje komen”, legt Simone uit. “Hier trek je ze zelf uit de grond – de kortste keten die je kunt hebben.”
‘500 monden betekent 500 meningen’
Elk lid is mede-eigenaar van de boerderij. Het land is in beheer van de vereniging Natuurmonumenten, maar wordt sinds 2019 gepacht door de coöperatie. “In het begin was het vooral een uitgestrekt weiland van twintig hectare. Van boomgaard tot kippenhok, alles moest nog worden opgebouwd”, herinnert Simone zich. “Het was hard werken, met weinig opbrengst. Hooguit kregen we af en toe een zakje kamille van eigen land.”
Inmiddels loopt alles op rolletjes, waardoor er ook ruimte is voor nieuwe initiatieven. Via zogenoemde kringen dragen leden verantwoordelijkheid voor verschillende taken. “vijfhonderd monden betekent ook vijfhonderd meningen”, zegt Simone. “Maar zolang je in het belang van de hele groep denkt en met een goed plan komt, is bijna alles mogelijk.”
Zo bouwde de kippenkring onlangs een speelparadijs voor de kippen. “Een kip is een sociaal dier”, legt Barry uit. “Elke week moeten de speeltoestellen worden verplaatst, zodat ze uitgedaagd blijven. Anders maken ze elkaar af uit verveling.” Naast tweehonderd kippen lopen ook drie hanen rond in de kippenspeeltuin. “Met een haan blijven de kippen rustiger”, vult Simone aan. “Kippen zijn nog niet zo geëmancipeerd.”
Een afgeladen garage
Eens per week komen de leden langs om hun voorraad thuis aan te vullen. In de garage van de oude boerderij staan enorme containers vol aardappels en kool. “Voor de supermarkt moet alles netjes en hetzelfde formaat zijn, maar hier zijn we blij met de verschillen. Een grote kool gaat naar een gezin met veel monden, en de kleine naar iemand die alleen woont”, vertelt Maurice.
Ook de vriezer achter in het pand staat afgeladen. Stapels dozen met de tekst ‘onze oude kip’ vullen de ruimte. De boerderij werkt samen met een slachthuis, waardoor het ook mogelijk is om eens per maand vlees van de eigen boerderij mee te nemen. “Al het vlees wordt benut”, zegt Simone. “Zo eet je ineens bloedworst of trek je bouillon van een varkenspoot.”
“We halen zo’n 70 procent van het voedsel dat we thuis nodig hebben van de boerderij”, zegt Wob. “Helaas kunnen we hier geen bier, chocola en pasta verbouwen”, vertelt hij lachend. “Dus voor die dingen moeten we helaas nog altijd naar de supermarkt.”
Eten met het seizoen
“Je moet er wel tegenkunnen om drie maanden achter elkaar kool te eten”, vertelt Wob. Hoewel er een kleine kas op het terrein staat en de leden invloed hebben op wat er verbouwd wordt, ontkom je er niet aan om met het seizoen mee te eten. Dat heeft ook een voordeel, volgens Simone. “De producten smaken veel lekkerder én je eet eens iets anders dan normaal.”
Dit jaar was de oogst uitzonderlijk goed, waardoor de leden niet alles op tijd kunnen opeten. Waar Simone haar ouders nu maar extra vaak uitnodigt voor een maaltijd, ontstaan ook creatievere oplossingen. “Sinds kort is er een fermenteerkring”, vertelt ze. “Samen maken leden kimchi en fermenteren ze witte kool – daardoor deelt de boerderij over vijf weken ook voor het eerst hun eigen zuurkool uit.”
“We willen niks weggooien, dus voor alles wordt een oplossing bedacht”, zegt Wob. Inmiddels staat zijn kelder in Rotterdam vol met kisten aardappels, knolselderij en pompoen, en wekpotten met ingelegde groenten. “Ooit is die kelder waarschijnlijk gebouwd om eten op te slaan, en nu kan ik hem daar eindelijk echt voor gebruiken.”
Dit artikel is van mediapartner Rijnmond








