De herinrichting van de Julianalaan en Hoeksekade (fase 4) ligt nog altijd stil. Waar de gemeente Lansingerland zegt dat er géén sprake is van een asbestverontreiniging en dat het werk veilig kan worden hervat, stelt aannemer Van Kessel Wegenbouw B.V. dat de bodem breder vervuild is en dat er volgens strengere veiligheidsregels gewerkt moet worden.
Geen asbestverontreiniging volgens gemeente en DCMR
De gemeente laat weten dat na de vondst van stukjes asbest een extra bodemonderzoek is uitgevoerd. Volgens dat onderzoek is er geen asbest boven de toegestane waarden gevonden en is er geen reden om het werk stil te houden. Ook de milieudienst DCMR heeft volgens de gemeente bevestigd dat de werkzaamheden kunnen worden voortgezet zonder aanvullende maatregelen.
In de bewonersbrief van 3 november schrijft de gemeente dat het werk “zonder risico’s voor de omgeving” kan doorgaan en dat de aannemer is gevraagd de werkzaamheden te hervatten. Omdat dat niet is gebeurd, wordt onderzocht welke juridische stappen mogelijk zijn om het project weer op gang te brengen.
Aannemer: “Bodem heterogeen sterk verontreinigd”
Aannemer Van Kessel Wegenbouw is het niet eens met die conclusie. In een reactie aan RTV Lansingerland zegt het bedrijf dat uit eigen contra-onderzoek blijkt dat de bodem in het projectgebied “heterogeen sterk verontreinigd” is — dus wisselend vervuild met teerachtige stoffen (PAK) en metalen, en op enkele plekken ook asbest boven de grenswaarde.
Volgens het bedrijf had het werk “vanaf het begin conform de BRL 6000/7000-richtlijnen” moeten worden uitgevoerd. Dat zijn de landelijke veiligheidsregels voor werken in sterk verontreinigde grond. Van Kessel verwijst naar recente onderzoeksresultaten én een ouder bodemonderzoek uit 2019 aan de Hoeksekade.
Het bedrijf zegt te werken aan een nieuw plan van aanpak en benadrukt dat volgens hen alleen zo veilig kan worden gewerkt.
Gemeente: aannemer deelt onderzoeksresultaten niet
De gemeente zegt dat Van Kessel het eigen onderzoek nog niet heeft gedeeld, ondanks herhaald verzoek. Daarom is zelf een erkend bodemonderzoek uitgevoerd, waarvan de resultaten ook aan DCMR zijn voorgelegd. Volgens de gemeente is er geen aanleiding om extra veiligheidsmaatregelen te treffen.
De gemeente erkent dat er in delen van het tracé sprake is van “heterogene grond” – dat wil zeggen dat de bodem niet overal even schoon is: sommige stukken bevatten oude resten of lichte vervuiling, andere niet – maar stelt dat dit niet problematisch is zolang de juiste voorzorgsmaatregelen worden genomen. Die verplichtingen zouden al in het contract met de aannemer zijn vastgelegd.
Bewoners wachten op duidelijkheid
Voor bewoners betekent het verschil van inzicht vooral vertraging en overlast. De Julianalaan is sinds september deels afgesloten en het is nog niet bekend wanneer de werkzaamheden worden hervat.
De gemeente bekijkt of de weg tijdelijk (gedeeltelijk) kan worden opengesteld voor fietsers. Er is volgens de gemeente geen gezondheidsrisico voor omwonenden; de discussie gaat vooral over de manier van werken en niet over de veiligheid van de omgeving.








