“We weten niet of kinderen geholpen worden” (volledige radio-uitzending te beluisteren onderaan dit artikel)
De gemeente Lansingerland geeft jaarlijks ruim 17 miljoen euro uit aan jeugdhulp (bron: beantwoording technische vragen aan de raad, juni 2025). Toch wachten kinderen soms meer dan een jaar op psychische hulp. In sommige gevallen komt er helemaal geen behandeling. Een moeder uit de gemeente, zelf werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ), noemt het systeem “niet werkend”. Ook raadslid Paul Lieverse (ChristenUnie) uit scherpe kritiek: “We geven ontzettend veel geld uit, maar hebben geen idee of kinderen er echt beter van worden.”
Wachttijd van veertien maanden – indicatie ongemerkt verlopen
De moeder die haar verhaal anoniem met de redactie deelde, meldde zich vier jaar geleden bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) in Lansingerland. Haar kind, destijds in de brugklas, kampte met ernstige angstklachten. Toch duurde het nog zes maanden voor er een eerste gesprek plaatsvond met een jeugdconsulent van de gemeente. Daarna kwam het gezin op een wachtlijst van nog eens veertien maanden voor gespecialiseerde jeugdhulp.
Toen de hulp eindelijk zou starten, bleek de indicatie – het officiële besluit dat recht geeft op hulp – verlopen. Daardoor was haar zoon stilletjes van de wachtlijst gehaald. Noch de gemeente, noch de zorginstelling had dit aan het gezin gemeld. “De gemeente dacht dat hij allang in behandeling was. Dat was niet zo. Niemand communiceert.”
Het gezin moest het hele proces opnieuw starten. In de tussentijd betaalden de ouders zelf voor hulp of regelde de moeder, via haar eigen netwerk, alternatieven. Voor het starten van de bedoelde hulp via GR Jeugdhulp Rijnmond heeft vanaf de eerste hulpvraag tot aan de start van de daadwerkelijke hulp exact vier jaar gezeten.
“Ouders shoppen buiten de gemeente om hulp te krijgen”
Wat dit verhaal bijzonder maakt: de moeder werkt zelf in de GGZ in Rotterdam. Ze ziet daar hoe wijkteams sneller schakelen. Volgens haar zoeken ouders in Lansingerland daarom steeds vaker op eigen initiatief particuliere hulp buiten de regio. Dat gebeurt zonder verwijzing en zonder gemeentelijke beschikking – en dus ook zonder registratie. “De gemeente heeft geen idee waar die jongeren zijn of wat hun status is. Die kinderen verdwijnen gewoon uit beeld.”
Rekenkamer: gemeenten hebben geen grip op systeem
De zorgen van deze ouder sluiten aan bij het Rekenkamerrapport “Samen op zoek naar zicht” (juni 2025). Daarin staat dat gemeenten als Lansingerland nauwelijks weten:
- wie zorg verleent (vooral via onderaannemers),
- of die zorg werkt (effectiviteit),
- en hoe publiek geld besteed wordt.
Zorg wordt sinds 2015 ingekocht via GR (Gemeenschappelijke Regeling) Jeugdhulp Rijnmond, een samenwerkingsverband van vijftien gemeenten. Deze regeling is destijds in het leven geroepen omdat gemeenten sinds de decentralisatie in 2015 verantwoordelijk werden voor jeugdhulp, maar te maken kregen met complexe marktwerking en beperkte inkoopkracht. Door regionaal samen te werken, hoopten gemeenten efficiënter zorg te kunnen inkopen en gezamenlijk meer grip te krijgen op aanbieders. Maar volgens de Rekenkamer hebben raadsleden en colleges nauwelijks mogelijkheden om bij te sturen. “Er is vooral zicht op wat erin gaat (geld en jeugdigen), maar nauwelijks op wat eruit komt.”
Honderd euro per inwoner meer – zonder snellere hulp
Lansingerland geeft structureel €100 per inwoner meer uit aan jeugdzorg dan andere vergelijkbare gemeenten. Toch zijn de wachttijden niet korter, en blijkt uit rapportages niet dat jongeren sneller of beter geholpen worden. Raadslid Paul Lieverse zegt hierover: “We geven miljoenen uit. Dan wil je weten: worden die kinderen ook echt geholpen? Maar dat inzicht hebben we niet.” Volgens Lieverse, zelf arts, ontbreekt het aan inhoudelijke sturing. “Ondanks miljoenenuitgaven heeft Lansingerland nauwelijks zicht op de oorzaken van wachttijden – terwijl jongeren afhaken of buiten beeld raken.”
Lansingerland geeft jaarlijks aan GRJR ruim 17 miljoen euro uit. Maar Paul Lieverse zegt dat er veel meer wordt besteed aan jeugdhulp: “Lansingerland geeft meer dan 30 miljoen euro uit aan jeugdhulp, waarvan de helft via de GRJR. Maar wie de zorg verleent, wat ze oplevert en of kinderen er echt beter van worden? Niemand die het weet.”
Reactie GR Jeugdhulp Rijnmond: wijst naar gemeenten – maar biedt zelf geen zicht of grip
In reactie op onze vragen geeft GR Jeugdhulp Rijnmond slechts deels antwoord via email. Zo schrijven ze:
- dat 80,4% van de jongeren in Lansingerland binnen de norm van 14 weken hulp krijgt – maar specificeren niet hoe dit percentage tot stand komt, of hoe betrouwbaar het is;
- dat ouders die uitwijken naar particuliere hulp buiten hun registratie vallen – zonder enige poging te doen om zicht te krijgen op deze groeiende groep;
- dat gemeenten zelf verantwoordelijk zijn voor regie op individuele trajecten – een opmerkelijke uitspraak, aangezien GRJR zelf geen terugkoppeling geeft over individuele gevallen, waardoor gemeenten die regie in de praktijk niet kunnen uitvoeren. Juist deze gebrekkige informatievoorziening en rolverdeling lijkt een fundamenteel knelpunt in het systeem. De organisatie die grotendeels bepaalt hoe de zorg wordt ingekocht, lijkt tegelijk te verwachten dat gemeenten verantwoordelijkheid nemen voor het resultaat – zonder daarvoor de noodzakelijke instrumenten of informatie te bieden. Zo blijft het systeem in een bestuurlijk vacuüm ronddraaien. – terwijl GRJR zelf het grootste deel van de zorg inkoopt en beheert.
Op meerdere belangrijke vragen kwam geen inhoudelijk antwoord:
- Er is geen overzicht van wie in de praktijk de zorg levert in Lansingerland (via onderaannemers);
- Er worden geen gegevens gedeeld over de effectiviteit van geboden zorg; GR Jeugdhulp Rijnmond verwijst wel naar enkele KPI’s (kritieke prestatie-indicatoren), zoals wachttijden, aantal doorverwijzingen en formele afhandelingstermijnen. Maar dit zijn organisatorische procesindicatoren. Er wordt geen inzicht gegeven in wat de zorg daadwerkelijk oplevert voor individuele kinderen of gezinnen, zoals herstel, vermindering van klachten of het voorkomen van verergering.
- Er is geen analyse of schatting van de omvang van jongeren die uitvallen of buiten het systeem om hulp zoeken.
- Er wordt met geen woord gerept over de relatief hoge kosten in Lansingerland, die volgens gemeentelijke en externe bronnen structureel hoger liggen dan elders. GRJR doet geen poging tot duiding of vergelijking en reageert niet inhoudelijk op de vraag waarom dat zo is, of wat Lansingerland daar concreet voor terugziet.
GRJR stelt te werken aan verbetering, maar noemt geen concrete maatregelen, termijnen of prestatie-indicatoren. De toon van de reactie is beleidsmatig afstandelijk en formeel, en wekt volgens meerdere geïnterviewden de indruk dat urgente signalen van ouders onvoldoende serieus worden genomen. Zowel ouders als de politici die wij gesproken hebben geven aan niet te verwachten dat GRJR zelf in staat zal zijn de problemen op te lossen. “Daar lijkt de organisatie bestuurlijk simpelweg niet capabel genoeg voor” laat een ingewijde aan ons weten.
Wat moet er dan veranderen?
De geïnterviewde ouder stelt: investeer in teams bij de gemeente met GGZ-kennis; trek de regie naar je toe met inhoudelijke kennis. Volgens de ouder met een professionele achtergrond in de GGZ verdien je dat geld dubbel en dwars terug. Als de wachtlijsten korter worden en je hebt meer regie, dan is de hulp ook efficiënter en gaat er minder mis waardoor je vanzelf veel minder kosten voor zorg maakt.
Op 17 juli bespreekt de gemeenteraad een nieuwe Verordening Jeugdhulp. Daarbij staat ook de vraag op tafel of Lansingerland zelf meer zorg moet gaan organiseren.
Conclusie: een systeem zonder stuur?
Kinderen en ouders wachten op hulp. Gemeenten moeten regie voeren, maar weten niet waarop. Zolang die paradox niet wordt doorbroken, blijft elke hervorming cosmeticawerk. “Lansingerland geeft veel uit aan jeugdhulp, maar heeft geen grip op kosten, kwaliteit of uitval – een gevolg van een systeem zonder duidelijke regie.” zegt ook Paul Lieverse.
Ouders verdwalen. Professionals trekken aan de bel. En de gemeenteraad tast in het duister over kosten en effectiviteit. Zolang niemand precies weet wie waarvoor regie kan en moet nemen, blijven jongeren in geestelijke nood wachten op professionele hulp met alle gevolgen van dien.
Gebaseerd op: interviews met betrokkenen, rekenkamerrapport juni 2025, schriftelijke reactie GRJR juli 2025, gemeentelijke documenten en radio-uitzending van 11 juli 2025 in “Het Magazine” met raadslid Paul Lieverse (volledige interview hieronder).