De oorzaak van de aanhoudende bromtoon die door tientallen inwoners van Lansingerland wordt waargenomen — vooral ’s nachts — is nog steeds niet gevonden. De geluiden worden volgens sommige inwoners niet maanden maar zelfs al jaren waargenomen, maar de afgelopen maanden nam het aantal meldingen sterk toe. In het lopende onderzoek door DCMR wordt ook gekeken of diepe geothermie, voor de winning van aardwarmte, mogelijk een bron van deze hinder kan zijn. Lansingerland ziet deze alternatieve energiebron als een belangrijke duurzame bron van warmte. Dat DCMR inmiddels in overleg is met Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) over mogelijke verbanden met een installatie aan de Warmoeziersweg in Bergschenhoek, bevestigt dat geothermie als serieuze “verdachte” wordt onderzocht.
Wat is diepe geothermie en waarom hier?
Diepe geothermie is een techniek waarbij warm water uit de diepe ondergrond (tot wel 3 kilometer diepte) wordt opgepompt om gebouwen en kassen te verwarmen. De warmte wordt gewonnen uit waterdragende aardlagen met temperaturen tussen de 60 en 90 graden Celsius en naar boven gepompt met zware pompen. Daarvoor moet wel geboord worden, vergelijkbaar met boringen naar olie of gas. Voor Lansingerland is deze vorm van energie bijzonder interessant vanwege de grote warmtevraag vanuit de glastuinbouwsector. Duurzame warmte is één van de lastigste onderdelen van de energietransitie.
Een gemeente als proeftuin
De bodem onder Lansingerland is vanwege zijn geologische opbouw — met zandlagen op diepte en goede warmtegeleiding — één van de meest geschikte gebieden in Nederland voor diepe aardwarmte. Niet voor niets werd de gemeente in eerdere reportages met RTV Lansingerland, met onder andere TNO, al aangeduid als “proeftuin” voor geothermie. Dat klinkt als een compliment, maar roept gelijk ook vragen op. Want als proeftuin fungeert Lansingerland feitelijk als een groot testgebied voor een techniek waarvan de risico’s en neveneffecten nog altijd niet volledig bekend zijn. De modellen die gebruikt worden om risico’s te beoordelen, zijn nog in ontwikkeling en worden pas beter naarmate meer data beschikbaar komt. En die data wordt nu juist in Lansingerland verzameld. Het betekent dat inwoners de mogelijke effecten van een techniek ondervinden terwijl de wetenschappelijke inzichten en toezichtskaders nog volop in ontwikkeling zijn. Inmiddels zijn er in de gemeente twee diepe geothermie-installaties actief, met samen vier boorputten, en wordt grootschalige uitbreiding voorzien voor zowel de glastuinbouw als voor het warmtenet.
Oorsprong in Lansingerland
De eerste diepe geothermiebron van Nederland werd overigens in 2007 in Berkel en Rodenrijs gerealiseerd. Bij Van den Bosch tomaten werd toen een zogenoemd doublet geboord en in gebruik genomen: twee putten waarmee warm water van circa 85 graden uit een diepte van ruim twee kilometer werd opgepompt en na gebruik weer werd teruggeleid. Inmiddels zijn er in heel Nederland 27 aardwarmte installaties actief.
De kracht en impact van ondergrondse pompen
Voor het oppompen van het warme water uit de diepte zijn enorme industriële pompen nodig. Deze pompen (of ESP’s, voluit Electric Submersible Pumps) worden op honderden meters tot wel meer dan een kilometer diepte in de boorput gehangen, soms direct onder de installatie, maar exacte diepte en positie kunnen variëren afhankelijk van de boorconfiguratie en technische uitvoering. Het zijn krachtige elektrische pompen en kunnen tot wel 4 megawatt aan elektrisch vermogen verbruiken — dat is vergelijkbaar met het totale stroomverbruik van meer dan duizend huishoudens tegelijk. Het zijn industriële machines van formaat die, net als zware motoren in fabrieken, trillingen kunnen veroorzaken. Alleen zitten deze pompen niet bovengronds, maar diep onder de grond. De mechanische trillingen die ze genereren kunnen zich via de bodem verspreiden. Volgens deskundigen kunnen zulke trillingen over lange afstanden aan de oppervlakte merkbaar worden, bijvoorbeeld als drukgolven of bromtonen, ook wel laagfrequent geluid (LFG) genoemd.
Waarschuwing van een ervaringsdeskundige
John Meijer, bezorgde bewoner én een technisch expert met jarenlange ervaring met industriële installaties en ook zelf in de geothermie-industrie actief geweest, stelt: “Deze pompen veroorzaken een specifieke trilling of vibratie die zich via de bodem verplaatst en zich kan manifesteren aan de oppervlakte als bromtoon (laagfrequent geluid) of drukgolven. Ik heb veel met dit soort pompen en mechanische installaties gewerkt en ook gecontroleerd dus ik weet uit eigen ervaring precies hoe deze installaties technisch werken. Ik zie een patroon dat niet genegeerd kan worden.” Meijer documenteerde zijn bevindingen en deelde deze met zowel gemeente als toezichthouder SODM en met ons. Zijn analyse wijst op een mogelijk verband tussen de operationele pompen en de waargenomen bromtonen.
Volgens Meijer is het zorgwekkend dat “een systeem van zulke omvang — zowel fysiek als energetisch — zo dicht bij woonwijken wordt geïnstalleerd, zonder dat er volledige duidelijkheid is over de neveneffecten. Zeker nu bekend is dat trillingen zich via de bodem over kilometers kunnen verplaatsen, moet je zulke risico’s vooraf goed ondervangen.”
Wat zegt het toezicht?
Deze aanwijzing vormde voor RTV Lansingerland het startpunt om dieper in de materie te duiken. Uit ons onderzoek bleek dat het type trillingen dat deze elektrische ondergrondse pompen kunnen veroorzaken via de bodem, niet expliciet wordt meegenomen in de gebruikelijke vergunningprocedures of het toezichtskader van toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). Deze pompen genereren elektromagnetisch en mechanisch geluid dat zich door zand-, klei- en veenlagen kan verplaatsen. Volgens wetenschappelijke literatuur kunnen dergelijke trillingen zich over aanzienlijke afstanden voortplanten via de bodem en daar aan de oppervlakte hinder veroorzaken, in de vorm van drukgolven, vibraties of bromtonen. Deze effecten zijn anders dan de bekende seismische trillingen (bevingen), en vallen daarmee buiten het reguliere toezichtskader.
Bij vergunningsverlening wordt wel gekeken naar seismische risico’s, op advies van onder andere TNO-AGE, het geologische adviesorgaan van de rijksoverheid. Maar ook hier blijven de niet-seismische trillingen die door zware pompen kunnen ontstaan in dat proces buiten beschouwing.
Waarom geen aanpassing in beleid?
Tegelijkertijd blijkt dat de milieudienst DCMR recent overleg is gestart met SodM over de mogelijkheid dat diepe geothermie een bron is van de bromtonen. In een reactie eerder aan RTV Lansingerland bevestigt DCMR dat deze optie nog steeds wordt meegenomen in lopend onderzoek.
Ook SodM zelf lijkt het risico serieus te nemen. In een officiële publicatie van 29 april 2025 kondigt de toezichthouder een eigen onderzoek naar LFG (Laagfrequent Geluid) in relatie tot geothermie aan. Directe aanleiding is het wetenschappelijke rapport KEM31, waarin wordt geconcludeerd dat diepe geothermie in staat is mechanische vibraties te genereren die via de bodem en infrastructuur voelbaar en hoorbaar kunnen worden — zonder dat sprake is van seismische activiteit.
Dat rapport is overigens niet nieuw; het dateert al van juli 2022. Maar opvallend is dat SodM pas na recente signalen en publiciteit tot actie overging. RTV Lansingerland constateert op basis van eigen deskresearch en documenten die beschikbaar kwamen na een WOO-verzoek door Meijer, dat deze vorm van overlast tot dusver nergens structureel is meegewogen in de vergunningsverlening voor diepe geothermie, noch dat hier gericht op wordt geïnspecteerd.
In het officiële Toezichtarrangement Geothermie van SodM wordt gesproken over toezicht op geluid, maar ESP-pompen of ondergrondse trillingen die niet seismisch zijn worden daarin niet expliciet benoemd. SodM stelt dat alleen in geval van meldingen nader onderzoek volgt. Daarmee ontstaat het beeld dat een mogelijk structureel effect pas ná klachten wordt onderzocht – en niet preventief.
Gaat het toezicht wel ver genoeg?
Deze constatering is des te relevanter gezien de grote plannen voor aardwarmte in de gemeente. Zo moet het regionaal warmtenet Oostland, deels gaan draaien op uitbreiding van diepe geothermie. Volgens de provincie Zuid-Holland en samenwerkende gemeenten, waaronder Lansingerland, wordt hiermee beoogd duizenden woningen en kassen aardgasvrij te maken. Lansingerland geldt als koploper in de toepassing van diepe aardwarmte: er zijn al meerdere installaties operationeel en verdere uitbreidingen staan gepland, zowel voor de glastuinbouw als voor de verwarming van woningen. De initiatiefnemers spreken van “een uniek project” – maar de vraag is of de toezichtskaders gelijke tred houden met deze versnelde inzet van technologie waarvan de hinderpotentie nog onderwerp van onderzoek is.
Bij gebrek aan expliciete toetsing op deze specifieke vorm van ondergrondse geluidsoverlast — mogelijk ook veroorzaakt door krachtige elektrische pompen op grote diepte — én zolang het lopende onderzoek van SodM naar laagfrequent geluid (LFG) geen duidelijkheid biedt over de risico’s, rijst de vraag of het wel verantwoord is om vergunningverlening voor nieuwe geothermieprojecten door te laten gaan. SodM onderzoekt momenteel of mijnbouwactiviteiten, waaronder diepe geothermie, kunnen bijdragen aan LFG en welke methoden geschikt zijn om dit betrouwbaar te meten. Mocht over enkele jaren bijvoorbeeld blijken dat de dan inmiddels gerealiseerde diepe geothermie-installaties toch daadwerkelijk een hoorbare bromtoon of andere vormen van laagfrequent geluid veroorzaken, die tot hinder of zelfs gezondheidsklachten kunnen leiden, dan is het goed mogelijk dat we achteraf moeten concluderen dat een tijdelijke pas op de plaats wellicht verstandiger was geweest.
RTV Lansingerland heeft zowel het ministerie van Klimaat en Groene Groei als SodM gevraagd om een inhoudelijke toelichting. SodM bevestigde dat trillingen of LFG veroorzaakt door installaties zoals zware pompen diep in de bodem momenteel niet worden meegenomen in de toetsing voor vergunningverlening. SodM ziet ook geen reden om dat nu te veranderen, zolang er volgens hen geen bewijs is voor een verband tussen de bromtoon en geothermie. Het ministerie van Klimaat en Groene Groei wilde verder niet inhoudelijk op de vragen reageren en verwees stelselmatig naar SodM, waarmee het de verantwoordelijkheid voor beleidsmatige keuzes bij de toezichthouder lijkt neer te leggen.
Reactie gemeente Lansingerland
In een schriftelijke reactie aan RTV Lansingerland laat de gemeente weten dat zij het lastig vindt om inhoudelijk op vragen over een mogelijk verband tussen geothermie en de bromtoon in te gaan zolang het lopende onderzoek daar nog geen uitsluitsel over geeft. Wel stelt de gemeente “de ontwikkelingen nauwgezet te volgen” en wijst erop dat “samen met de DCMR direct een veldonderzoek is opgestart” toen de meldingen toenamen. De resultaten daarvan worden binnen enkele weken verwacht. Verder laat de gemeente weten “met belangstelling” te kijken naar het onderzoek van toezichthouder SodM.