Tussen de woonhuizen van Bleiswijk vind je iets dat je niet meteen zou verwachten: een museum over de Tweede Wereldoorlog, opgezet door de 22-jarige Stijn Molleman. In een gewone garagebox heeft hij Depot ’40-’45 ingericht, een indrukwekkende collectie vol authentieke voorwerpen, uniformen, documenten en verhalen uit de oorlogsjaren in Lansingerland.
Stijn’s interesse voor de Tweede Wereldoorlog begon al op jonge leeftijd. “Ik was altijd al gefascineerd door geschiedenis, vooral de persoonlijke verhalen erachter.” vertelt hij. Wat begon met een paar gevonden objecten groeide uit tot een unieke verzameling die hij nu met trots toont aan bezoekers.
Maar hoe kom je dan aan al die objecten? Door mond-tot-mondreclame en lokale oproepen op sociale media kwamen er tientallen objecten binnen. Niet zomaar spullen, maar tastbare herinneringen aan verzetsdaden, onderdrukking én bevrijding – vaak rechtstreeks uit Berkel, Bergschenhoek en Bleiswijk.
Een van de pronkstukken is een wandelstok, gemaakt door een Joodse man in een concentratiekamp. “Die stok is letterlijk gevormd in een van de donkerste perioden van onze geschiedenis. Dat maakt het zo aangrijpend.” vertelt Stijn. Ook bijzonder is het dagboek van Arie Zeelenberg, een inwoner van Bleiswijk die tijdens de oorlog tewerkgesteld was. Zijn persoonlijke verhalen zijn nu voor het eerst te lezen.
Verhaal gaat verder onder de foto.
De tentoonstelling bevat daarnaast een nieuw verworven fotoboek van Jasper Veenman, verzetsman én Indiëganger. Zijn broer Willem hield dagelijks een dagboek bij in Nederlands-Indië, wat waardevol inzicht geeft in het koloniale verleden. “Door de spullen van Jasper toe te voegen, krijgen we eindelijk een vollediger beeld van deze familie en hun bijdrage aan de geschiedenis.”
Een van de grote verrassingen is een fotocollectie van de Binnenlandse Strijdkrachten uit Bleiswijk. Waar voorheen slechts drie foto’s bekend waren, zijn dat er nu zo’n dertig. “Ze zijn nog nooit eerder vertoond, ook niet door de oudheidkundige kamer in Bleiswijk. Voor het eerst kunnen mensen deze beelden zien, een unieke primeur.”
Depot ’40-’45 is meer dan een verzameling spullen: het is een plek waar het verleden tastbaar wordt. Stijn hoopt vooral jongeren te bereiken. “Als jonge docent geschiedenis wil ik vooral meegeven: vrijheid is geen vanzelfsprekendheid. Daar is voor gevochten. In een tijd waarin oorlog in Europa opnieuw zichtbaar is, zoals in Oekraïne, is het belangrijk om stil te staan bij wat we hebben.”
Het museum is op afspraak te bezoeken. Het depot is op 4 en 5 mei geopend voor publiek. 4 mei van 12 tot 17 uur en 4 mei van 19 tot 21 uur.