Als een “donderslag bij heldere hemel” kwam het nieuws: Stichting Ezelsbruggetje stopt per 7 juli. Dit nieuws sloeg in als een bom bij betrokkenen, inwoners en raadsleden.
“Ik dacht dat alles goed liep, ik hoorde niets van de exploitant of de gemeente. En plotseling zie ik het in de krant staan.” zegt raadslid van het CDA Nelleke Bouman – Quis. “Ik was flabbergasted.”
De stichting nam vorig jaar het beheer over van Ton van den Berg, die jarenlang vrijwillig de kinderboerderij runde. Sindsdien heeft de stichting moeite gehad om financieel rond te komen. Waar vrijwilligers vroeger het werk deden, worden nu twee medewerkers betaald vanuit de stichting. “Het is een deel van Bleiswijk, je wordt ermee opgevoed.” zegt raadslid Leon Erwich van Leefbaar 3B. “Je kan niet zomaar zeggen ‘ik stop ermee’.”
Tijdens de commissievergadering werden er kritische vragen gesteld. “Ik vroeg of er een plan en visie is vanuit het college en de wethouder om een doorstart mogelijk te maken en of het nieuws dat ik in de krant moest lezen klopte.” legt Bouman – Quis uit. “De wethouder bevestigde het nieuws en erkende de financiële problemen van de huidige exploitant.”
De gemeente onderzoekt nu mogelijkheden voor een doorstart, mogelijk in samenwerking met andere partijen en het recreatieschap. “Je kan niet alles zomaar dichtdoen en zeggen ‘we stoppen’. We moeten kijken naar de mogelijkheden.” aldus Erwich.
Het recreatieschap, eigenaar van de grond, speelt een cruciale rol in de toekomstplannen. “Wij gaan in gesprek over hoe we kunnen zorgen dat de functie behouden blijft.” zegt de wethouder Michiel Muis. “Eerst moeten we het netjes afronden met de huidige exploitant en zorgen dat de dieren goed verzorgd worden.”
Het algemeen bestuur van het recreatieschap vergadert komende week. “Ik ga het zeker onder de aandacht brengen.” belooft de wethouder. “We moeten een levensvatbaar plan maken voor de toekomst.”
De korte termijn waarop dit alles gebeurt baart de CDA zorgen. “Per 7 juli trekt de exploitant de stekker eruit. Dat is echt jammer, zeker nu de vakantieperiode eraan komt. Opa’s en oma’s kunnen niet meer met hun kleinkinderen daar naartoe,” zegt Nelleke Bouman – Quis.