In de kas van Jan Reijm’s paprikakwekerij is het een stuk kouder dan een jaar geleden: een maatregel om de kosten van stroom en gas in de hand te houden. En dus staat de verlichting uit en is het ’s nachts maar 16 graden.
De prijs die Reijm betaalt voor een kubieke meter gas is gestegen van zo’n 16 naar 90 cent. Daar valt niet tegenop te kweken, volgens Reijm. Door de prijsstijging van zowel gas als stroom is de hele tuinbouwsector momenteel gedwongen het verbruik te verminderen waardoor de productie vertraagt. Ook leveren ze de stroom, die ze normaal zelf zouden gebruiken, terug aan het stroomnet om de kosten te drukken. Als het bedrijf deze aanpassingen niet doet dan kunnen ze de gasrekening niet betalen.
Doordat het in de kas veel minder warm is en de lampen uitstaan, groeien de planten niet zo snel en loopt de paprika-opbrengst ongeveer drie weken achter. Niet alleen in de paprikakas van Jan Reijm is het koud en donker. De familie van Reijm, die een komkommerkwekerij heeft in Nieuwerkerk aan den IJssel, doet hetzelfde. Met als gevolg: een latere oogst van de groenten. “Nu missen we de hogere inkomsten voor de eerste lichting paprika’s die we verkopen in de eerste weken van maart. Maar dat verlies is erg klein in verhouding met het verlies op de gasprijsstijging. Die prijs is momenteel zo hoog dat er niet tegenop te kweken valt.”
Om extra warmte en licht te creëren kan Jan Reijm gebruik maken van een normale gasketel. Deze gasketel is hetzelfde als die in een woonhuis maar dan uitvergroot. Er gaat dan gas in en er komt warmte en CO2 uit. Daarmee wordt de kas dan opgewarmd en ondersteund, zodat de paprika’s sneller groeien. Door de hoge gasprijs is de gasketel nu te duur en staat die alleen aan in noodgevallen. De goedkopere en duurzamere oplossing om de kas te verwarmen is de warmtekrachtkoppeling, ook wel ‘WKK-installatie’. Dat is een installatie die gas gebruikt om warmte, CO2 en stroom te maken. Het grote voordeel ten opzichte van een normale gasketel is dus dat er stroom vrijkomt. Deze 2.400 KWh kan worden ingezet om de lampen aan te zetten. Maar nu de lampen uitstaan wordt deze vrijgekomen stroom teruggeleverd aan het stroomnet voor de huishoudens. “Naast de gasprijs is ook de energieprijs behoorlijk gestegen, door de stroom terug te leveren aan het stroomnet verdienen we nog een klein beetje geld wat de verliezen van het gas kunnen opvangen.”
Om het warmteverlies aan de buitenlucht tegen te gaan is aan de binnenkant van de kas een ‘anti-condensatie-folie’ geplaatst. Deze folie zorgt voor betere isolatie waardoor de temperatuur stabiel blijft. Het verlies van de verlichting wordt opgevangen door een ‘energiescherm’. Met dit scherm blijft het licht gevangen in de kas en het zonlicht van buiten wordt gestuurd om zo goed mogelijk op de planten te schijnen. Jan Reijm heeft dus een aantal tijdelijke oplossingen die hem het hoofd boven water houden. Wel spreekt hij zijn zorgen uit over andere tuinders die alleen een gasketel tot hun beschikking hebben. “Wij gebruiken de gasketel nu niet en leunen op de WKK-installatie en de inkomsten van de stroom. Als een tuinder geen alternatieven heeft voor de gasketel dan zal er niet gekweekt worden; dat is echt veel te duur.”
Toekomst voor de tuinders
Een van de oplossingen om het gasverbruik in de kassen terug te dringen is door gebruik te maken van aardwarmte, ook wel geothermie genoemd. De aardwarmte komt van warm water, dit is een aantal honderden meters onder de grond opgeslagen. Er is een boring in de grond nodig om tot een aardwarmtebron te komen. Dit warme water uit de bron wordt omhoog gepompt uit diepe aardlagen. Deze warmte kan dan gebruikt worden als verwarming voor bijvoorbeeld kassen of huishoudens. Bij de winning van aardwarmte komt geen CO2 vrij. Het is daarom een duurzamere oplossing voor het verkrijgen van warmte dan het stoken van fossiele brandstoffen. Aardwarmtebronnen zijn een grote investering en kunnen tientallenjaren meegaan. Het is dan voor kassen alleen voordelig als er een netwerk ontstaat waarbij meerdere bedrijven in eenzelfde regio zich aansluiten op een aardwarmtebron. Op een aantal plekken in de regio Lansingerland wordt al gebruik gemaakt van aardwarmte.
Een andere ontwikkeling die interessant is voor de kassen in Lansingerland is een ‘warmterotonde’ vanuit de Rotterdamse haven. Dit is een ondergronds netwerk waarbij de restwarmte van de industrie in de Rotterdamse haven verplaatst wordt naar omliggende gebieden. De kassen kunnen dan een aftakking krijgen aan dit restwarmtenetwerk dat loopt van de haven richting Den Haag. Door het gebruik van deze restwarmte hoeft er minder nieuwe warmte gecreëerd te worden met behulp van gas. De gemeente Lansingerland en organisatie Glastuinbouw Nederland zijn de afgelopen twee jaar nauw betrokken bij deze plannen. Jan Reijm hoopt dat de ontwikkelingen doorzetten zodat de verliezen door de gasprijsstijging minimaal blijven. “Als de prijzen op deze hoogte blijven zullen veel bedrijven het niet redden.